donderdag 28 januari 2010

Boek 6: Schone lakens en Couchsurfen


Auteur: Arnon Grunberg
Luisterboek, Uitg. Rubinstein, Amsterdam, 2006

Dit is het eerste luisterboek, dat ik helemaal heb afgeluisterd. Heerlijk, onder het breien.

De boeken van Arnon Grunberg kan ik meestal wel waarderen, en ook deze twee korte verhalen waren de moeite waard. Hij begon in 2006 met een serie reportages genaamd Onder de mensen. Op deze cd staan de verhalen Schone lakens en Couchsurfen. Ze worden voorgelezen door Barry Atsma, die een prettige stem heeft om naar te luisteren.

Grunberg probeert als een soort reporter verslag te doen van het leven van 'gewone' mensen. Zij moeten hem voordoen hoe leven nu eigenlijk moet.
Daarvoor werkt hij in een hotel in Beieren als kamerjongen, onder de naam Anton Morsink. Al werkende leert hij deze Anton steeds beter kennen.
Of het reclame voor het hotel is moet ik betwijfelen. Lakens worden niet verschoond voor nieuwe gasten, als ze er nog redelijk schoon uitzien, broodjes, die er ongebruikt uitzien, gaan weer terug in de broodjesvoorraad voor de volgende maaltijd. En ga zo maar door.

In Couchsurfen probeert Grunberg (met succes) een week lang te slapen bij vreemden. Hij vertelt waar hij terecht komt en waarom deze mensen een wildvreemde gast in hun huis opnemen.

Deze twee perioden ziet Grunberg zelf als mede de gelukkigste perioden uit zijn leven.

zaterdag 23 januari 2010

Boek 5: Noorderveen


Schrijver: Arnaldur Indridason
Jaar van publicatie: 2003
Uitg. Signature, Utrecht
Oorspronkelijke titel: Mýrin (Uitg. Edda, Media and Publishing, Reykjavik, 2002)
Vertaling: Paula Vermeyden

Al lang was ik van plan om in mijn serie Scandinavische thrillers ook eens iets te lezen van de populaire IJslandse schrijver Arnaldur Indridason. Ik zag zijn boeken echter nooit in de bibliotheek. Dat kwam, omdat ik op de verkeerde plaats zocht. Ze staan op schrijversnaam niet bij de I, maar bij de A. In IJsland hebben de mensen geen achternaam, maar gebruiken patroniemen, zoals vroeger ook in Nederland gebruikelijk was. De schrijver heet dus Arnaldur, en was zoon van Indrida.

De namen van de personen in dit boek vormden ook gelijk het struikelblok bij het lezen. Ze leken zo zeer op elkaar en waren zo vreemd voor Nederlandse (mijn) ogen, dat ik moeite had de personen uit elkaar te houden. De leider van het onderzoek naar de moord waarover het boek gaat, heet Erlendur. Hij werkt samen met Sigurdur en Elinborg. Een kind heet Audur, een vrouw Elin, een man Einar. Houd het maar uit elkaar.

Toch lukte dat uiteindelijk wel, want het verhaal was boeiend. Langzaam maar zeker wordt het geheim ontrafeld en ondertussen is er ook, net als in de meeste Scandinavische thrillers het geval is, oog voor de huiselijke omstandigheden van hoofdcommissaris Erlendur.
Bij het oplossen van het raadsel speelt DNA-onderzoek een belangrijke rol.
De schrijver is journalist, net als veel van zijn collega's. Ik merk, dat ik die journalistieke manier van schrijven wel kan waarderen.

dinsdag 19 januari 2010

Boek 4: Het Nijlpaard


Schrijver: Stephen Fry
Uitg. Thomas Rap
Jaar van publicatie: 2004
Oorspronkelijke titel: The hippopotamus (Hutchinson, Londen, 1994)
Vertaling: Hermien L. Robroch

Zo'n honderd bladzijden lang had ik het gevoel, dat ik dit boek niet uit ging lezen: er werden teveel woorden gebruikt om te weinig te zeggen, voor mijn gevoel.
De hoofdpersoon, Edward Wallace, is dichter geweest en daarna theater-recensent. Ook al spoedig: geweest. Hij wordt ontslagen, omdat hij steeds cynischer en kritischer wordt, teveel drank gebruikt en zich op alle gebieden onfatsoenlijk gedraagt.
Dan stelt zijn peetdochter Jane hem voor, een bezoek te brengen aan zijn peetzoon David. Met hem is iets geheimzinnigs aan de hand en Edward moet dat maar gaan oplossen, nu hij toch niets beters te doen heeft. Rust en stromen gratis drank trekken Edward genoeg om af te reizen naar het landhuis van zijn vrienden Anne en Michael. Daar analyseert hij op vakkundige wijze de 'gave' van zijn peetzoon.

Heel geestig hier en daar, ironisch en cynisch op andere plaatsen. Verwarrend soms. Het lezen waard.

vrijdag 15 januari 2010

Boek 3: De dood voor ogen


Schrijver: Peter James
Jaar van verschijning: 2006
Uitg. De Fontein Baarn
Oorspronkelijke titel: Looking good dead (Uitg. Macmillan Publishers 1988)
Vertaling: Pieter Janssens

Dit was het eerste boek, dat ik helemaal digitaal heb gelezen, op mijn Sony e-reader. Het beviel me prima, en ik heb zelfs het gevoel, dat het sneller leest dan een gewoon papieren boek.
Wel is het lastig een verslag hierover te schrijven: je kunt niet even terugbladeren, of de achterflap raadplegen. Ook tijdens het lezen blader je niet snel even terug, wanneer je niet goed meer weet wie wie was.
Dat was bij dit boek vooral in het begin nogal een probleem. Er zat nogal wat tijd tussen de keren dat ik in dit boek las. Het kostte dan wat moeite om weer in het verhaal te komen en te weten, waarover het allemaal ging.
Na een tijdje werd het boek zo spannend, dat dat probleem vanzelf verdween: nu pakte ik de e-reader, als er tijd was om te lezen, en niet een ander boek.

Het verhaal gaat over Tom Bryce, die in de trein een cd vindt. Hij stopt die in zijn computer en ziet daarop, hoe een meisje vermoord wordt. Als hij probeert in te loggen op de bijbehorende website, gaat er van alles mis. Zijn computer wordt gewist, hij wordt bedreigd, zijn vrouw wordt ontvoerd en uiteindelijk ook hijzelf.

De politie, onder leiding van Roy Grace, doet alle mogelijke moeite, om de misdaden op te lossen, maar het worden er steeds meer.

Spannend boek!

zondag 10 januari 2010

Boek 2: Donkeyville USA


Schrijver: Jan Donkers
Jaar van publicatie: 1994
Uitg. De Harmonie, Amsterdam
Eerder verschenen deze 'memoires' tussen september 1993 en mei 1994 als wekelijks feuilleton in De Volkskrant.

Het jongetje Jan Donkers vertrekt kort na WO II met zijn ouders op de Grote Beer naar Amerika. Daar komen ze terecht in het kleine stadje Donkeyville. De broer van zijn vader, die al eerder met zijn gezin naar Amerika was geëmigreerd, had ervoor gezorgd, dat vader werk kreeg in de 'derrie' (dairy - melkfabriek). Moeder, die in Amsterdam een actieve vrouw was, moet nu alleen het huishouden doen en met andere vrouwen bemoeien. Daar wordt ze niet echt vrolijk van.
Vader vertrekt plotseling en Jan blijft achter met zijn moeder. Hij gaat naar de lagere, en later naar de middelbare school.
Dan overlijdt zijn grootvader en ze keren terug naar Nederland. Als Jan later moed verzamelt en terugkeert naar Donkeyville, vindt hij weinig terug van wat hij achterliet.

Op de achterkant van het boek staat:
Al sinds zijn vroegste jeugd plaagt Jan Donkers zich met het idee dat hij eigenlijk een Amerikaan is, die door een misverstand aan deze zijde van de Oceaan is grootgebracht.
Van alle pogingen dat misverstand recht te zetten is dit zijn laatste. Met deze 'memoires' heeft hij zich geschapen wat hij altijd al wilde hebben: een Amerikaanse jeugd.

Wat mij betreft een geslaagde poging. Het leest zoals het geschreven is: als columns in de krant. Het is geestig en schept een beeld van de jaren vijftig. Een heel plezierig boekje.

donderdag 7 januari 2010

Boek 1: Paradijs


Schrijver: Liza Marklund
Jaar van verschijning: 2000
Uitg. De Geus
Oorspronkelijke titel: Paradiset (Uitg. Piratförlaget)
Vertaling: Ina Sassen

Eigenlijk had ik eerst een vorig boek van Marklund moeten lezen, want daarop werd in dit deel van wat duidelijk een serie is, nogal eens teruggegrepen. Voor het begrip van het verhaal was het niet zo belangrijk, maar het zou leuker geweest zijn.

Ook in dit deel (eerder las ik Springstof) is de journaliste Annika Bengtson de hoofdpersoon. Ze lijdt nog steeds onder het haantjesgedrag van haar collega's, en van de machtsstrijd die op de krant waar ze werkt wordt gevoerd. Ze is gedegradeerd naar de nachtploeg, mag zelf geen verslagen meer  schrijven, maar moet de verslagen van anderen bewerken. Dan wordt ze gebeld door een vrouw, die zegt dat ze bedreigde personen helpt te verdwijnen. Zo kunnen ze dan ontsnappen aan hun achtervolgers. Haar organisatie heet het Paradijs. Het verhaal klinkt aannemelijk en Annika gaat met de vrouw praten. Korte tijd later weer een vrouw aan de telefoon: de wanhopige Bosnische Aida. Annika wil haar helpen en geeft haar het telefoonnummer van het Paradijs.

Het verhaal van Aida lijkt verband te houden met enkele moorden, die in de haven van Stockholm zijn gepleegd. Op de redactie van de krant wordt hier veel aandacht aan besteed. Ook Annika duikt erin en weet veel gegevens boven water te krijgen. Dan wordt ook Aida vermoord en Het Paradijs lijkt een wat minder betrouwbare organisatie dan eerst gedacht.

Annika ontmoet Thomas, een ambtenaar, die bij een sociale dienst werkt. Hij moet de vergoeding aan Het Paradijs goedkeuren, als Aida daar opgevangen wordt. Tussen Annika en Thomas bloeit iets op.

Een boeiend boek, over Joegaslavische maffia- en oorlogspraktijken, intriges op een krantenredactie in Stockholm.

vrijdag 1 januari 2010

Boek 64: Trouwboekje


Schrijver: Patrick Modiano
Jaar van publicatie: 1992
Uitg. De Arbeiderspers
Oorspronkelijke titel: Livret de famille
(Gallimard, 1977)
Vertaling: Edu Borger

Als de hoofdpersoon de geboorte van zijn dochtertje aangeeft, komen bij hem de herinneringen boven. Wat weet hij van zijn eigen verleden? Van zijn ouders? Van de wereld, zoals die was, toen hij werd geboren en opgroeide? In hoeverre heeft die omgeving hem gevormd? Hij mist belangrijke kennis over dit verleden en in dit boek gaat hij daarnaar op zoek.
De opeenvolgende hoofdstukken spelen zich in veel verschillende plaatsen af en er komen veel verschillende mensen in voor. Het vergde nogal wat concentratie om te begrijpen waar het verhaal nu weer heenging.
Toch een boeiend boek.
(De foto is van een Franse versie van het boek)

Boek 63: Fontana

De laatste twee boeken van het jaar maar even zonder foto: het zijn oudere boeken, die ik meenam als afgeschreven boek bij de bibliotheek. Ik las ze in bed en op de bank, bijkomend van griep en deze boeken waren lekker licht in gewicht, zowel letterlijk als figuurlijk.

Fontana:
Schrijver: Ben Borgart
Jaar van verschijnen: 1988
Uitg. De Bezige Bij

De hoofdpersoon, 'Cuzzi', wat een verbastering van het Italiaanse woord voor 'neef' is, en die ook 'Bernardo' heet, krijgt bezoek van enkele van zijn, hem onbekende, Italiaanse familieleden. Ze arriveren in een sportwagen, die niet helemaal van hen blijkt te zijn, moeten in het ziekenhuis opgenomen worden, betalen geen rekeningen en Cuzzi draait op voor alle kosten, zowel voor boetes als terugreis, want de sportwagen wordt in beslag genomen.
Hij besluit naar Italië te gaan om zijn geld terug te halen.
De Italiaanse taal is hij niet machtig en dat leidt tot allerlei verwikkelingen. In het begin zijn die nog wel leuk om te lezen, maar aan het eind wordt het boek wel erg grappig en ik had moeite mijn aandacht erbij te houden.
Ik was niet echt onder de indruk.