Schrijver: P.F. Thomése
Jaar van publicatie: 2015
Uitg. Atlas Contact, Amsterdam
Bij het lezen van het eerste deel had ik meer malen de neiging het boek maar weg te leggen: te saai, te veel herhalingen, te weinig interessante hoofdpersoon.
De veertienjarige Tin moet met zijn vader mee om voor de ondergrondse een opdracht uit te voeren. Het is aan het einde van WO II, ze wonen in nog bezet gebied, aan de overkant van de rivier is het land al bevrijd. Ze moeten de rivier overzwemmen. De vader van Tin komt echter nooit aan aan de overkant. Zijn lichaam wordt ook nooit gevonden.
Als hij, na lang gezocht te hebben, weer thuiskomt, verwijt zijn moeder hem de verdwijning van vader.
Dertig jaar later is Tin met zijn vrouw Vic in Afrika. Ze gaan daar de door de school van Vic via Foster Parents geadopteerde zoon bezoeken. Tin hoeft die reis en dat bezoek niet zo erg, maar braaf gaat hij ook nu mee en raakt ook Vic kwijt. Zijn dochter Nikki neemt hem zeer kwalijk, dat haar moeder niet levend terug is gekomen van de reis. De geadopteerde albino zoon is wel mee teruggekomen, maar Tin wil alleen maar, dat Nikki weer contact met hem wil hebben.
Weer dertig jaar later: in een ziekenhuis in Cuba ligt Tin, zoals hij zelf denkt, op sterven. Hij vindt het niet zo erg: hij heeft immers niemand meer? Of toch wel? Zoals altijd voelt hij zichzelf onzichtbaar, hij heeft geen invloed op de gebeurtenissen. Of toch wel?
Is Tin zelf de onderwaterzwemmer? Is hij onzichtbaar en laat hij zich meevoeren op de stroom? Of is het de nagedachtenis aan zijn vader, die nog altijd zwemt, onzichtbaar, onder water, maar altijd bij Tin? Of misschien ook Vic? altijd aanwezig, niet meer zichtbaar. Onder water.
Op de mooie kaft een gezicht, met daarover allemaal vissen. Bedekken ze het gezicht of vreten ze het aan?
Het boek roept vragen op. Het is geschreven in mooi Nederlands, met soms prachtige zinnen. Toch was het niet helemaal mijn boek. Ik kon er slecht doorkomen, vond een aantal dingen wat onwaarschijnlijk en de mensen niet helemaal levensecht. Na alle enthousiaste bericht viel het me dus wat tegen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten