Schrijver: Astrid Harrewijn
Jaar van publicatie: 2016
Uitg. De Boekerij
Heel geestig boek over Joost (met zijn Kees), een wat suffige wetenschapper, die zich stoerder voordoet dan hij is. Hij schrijft een boek over de Romeinse keizer Augustus en is een Rome om daar onderzoek naar te doen. Hij huurt kamers bij een moeder, die alleen zorgt voor haar kind. Joost helpt haar, door het meisje van school te halen, als ze zelf een keer geen tijd heeft. Het houdt meteen in, dat hij op moet passen tot later in de avond. Dat oppassen gebeurt in de speeltuin, waar Joost mee geniet van de avonturen van de moeders, die daar op hun eigen kroost passen. Hij blijkt die avonturen te kunnen gebruiken voor zijn boek. Hij is dol op het kind en besluit, dat hij zelf ook kinderen wil. Maar ja, hij is al veertig.
Als hij terug is in Amsterdam, waar hij werkt als adviseur in het Rijksmuseum en ook een baan heeft bij de UvA, gebeurt er ze het een en ander aan onverwachte dingen, Joost raakt beide banen kwijt. Wel komt hij op het spoor van een geheim genootschap. In de trant van Dan Brown speurt hij naar aanwijzingen, geholpen door zijn oude, maar doodzieke leraar Donato.
Intussen zoekt hij naar een moeder van zijn gewenste kind, begint een klusbedrijf, schrijft verder, waarbij zijn boek over Augustus onverwacht veel succes heeft. Mirjam, zijn uitgever, stuurt hem naar talkshows en dringt er op aan, dat hij verder schrijft over Romeinse keizers.
Het verhaal is minder belangrijk, dan de manier waarop het geschreven is: zoals gezegd: erg geestig. Met de nodige kritiek op de museum- en universiteitswereld, en op zijn omgeving in het algemeen. Een luisterboek om erg van te genieten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten